Totaal aantal pageviews

vrijdag 11 maart 2011

De capability approach en de civil society

Martha Nussbaum
De filosofe Martha Nussbaum heeft een visie op de rol van de overheid die sterk afwijkt van die van Cameron en Blond. Nussbaum is hoogleraar rechtsfilosofie en ethiek aan de Universiteit van Chicago; dezelfde Universiteit waar zowel de goeroe van het vrije marktdenken, Milton Friedman, als de huidige president van de VS, Barack Obama, les hebben gegeven.

Nussbaum ontwikkelde, samen met econoom en Nobelprijswinnaar Amartya Sen, de capability approach. De capability approach stelt de menselijke waardigheid centraal en verdedigt het idee van de menselijke keuzevrijheid en van de mensenrechten. Nussbaum zet zich echter af tegen nieuw-rechtse bewegingen in de VS en ook tegen bepaalde liberale stromingen in Europa die zeggen dat de overheid zich moet beperken tot het beschermen van de “negatieve vrijheden”. Negatieve vrijheden hebben te maken met het recht om gevrijwaard te blijven van inmenging van anderen en met de bescherming van de eigen veiligheid en het eigen bezit. De aanhangers van nieuw-rechts (in de VS althans, de PVV heeft op bepaalde punten andere ideeën) zeggen , met andere woorden, dat de overheid moet zorgen voor meer blauw op straat en strengere straffen, maar dat ze zich niet moet bemoeien met of ik wel gezond leef en hoe hard ik rijd.

Het onderscheid tussen negatieve en positieve rechten is echter verwarrend. Alle rechten en vrijheden zijn vrijheden om iets te doen (positief, dus) en vereisen ook iets negatiefs, namelijk dat iemand (of de overheid) voorkomt dat anderen zich in mijn vrijheid inmengen. Alle vrijheden vereisen dus een actief ingrijpen van de overheid.

Maar Nussbaum gaat verder. Ze stelt dat de overheid verantwoordelijk is om de condities te scheppen waaronder mensen hun vrijheden kunnen verzilveren. Vrijheid van meningsuiting betekent niets als mensen geen goed onderwijs hebben kunnen volgen of als ze dagelijks aan het overleven zijn. De overheid heeft daarom een actieve verantwoordelijkheid om onderwijs, gezondheidszorg, non-discriminatie, gelijke kansen op werk en een minimumniveau van basiswelvaart te waarborgen.

De capability approach kijkt dus niet alleen naar de mogelijkheden die mensen in theorie hebben, maar ook naar de positie waarin ze verkeren en de bekwaamheden of mogelijkheden die ze daardoor feitelijk kunnen uitoefenen. Het is dan niet voldoende om vrijheden en mensenrechten in de wet vast te leggen of met de mond te belijden; je moet ook de voorwaarden scheppen waaronder mensen ze kunnen realiseren. Vrijheid heeft dus bepaalde sociale en economische omstandigheden nodig en de overheid moet die bevorderen. De capability approach zegt dus dat burgers niet gelijk zijn zo lang ze, vanwege armoede of andere barrières, niet in staat zijn gebruik te maken van hun rechten. In de Verenigde Staten is dat voor grote groepen werkende armen aan de orde.

Vertaald naar onze eigen civil society en naar de WMO zou dit betekenen dat je er als overheid niet bent als je voorzieningen schrapt en de verantwoordelijkheid weer teruglegt bij burgers. Simpel gezegd: als je de bibliotheek sluit, gaan burgers niet zelf een bibliotheek beginnen. Toch is dat precies wat dreigt nu het streven naar een civil society samenvalt met een economische crisis. Ik hoorde laatst een schrijnend verhaal van een oud-collega, een maatschappelijk werker. Een oude mevrouw van Syrische afkomst, die de taal slecht sprak, leed aan een ernstige ziekte. Haar man was al overleden; haar enige kind verstandelijk gehandicapt. Toen ze om huishoudelijke hulp vroeg kreeg ze te horen dat ze haar buren, die ze amper kent, om ondersteuning moest vragen.

Ambtenaren gaan op cursus, leren daar dat de burger op zijn eigen verantwoordelijkheid moet worden aangesproken en ontwikkelen vervolgens de vreemdste ideeën. Een collega vertelde mij onlangs over een gemeente in de Achterhoek die zich afvraagt waarom de gemeente voor verkeersdrempels bij scholen moet zorgen als het de burgers zijn die zelf voor gevaar zorgen door hun kinderen met de auto naar school te brengen. Ja, leuk, maar als ik zelf nou keurig iedere dag met mijn kinderen naar school wandel? Dan moet ik mijn medeburgers aanspreken op hun gedrag. Zegt de gemeente die zelf, ondanks de aanwezigheid van allerlei communicatie-adviseurs, nog niet eens in staat is om omwonenden te overtuigen van de noodzaak van een skatebaan voor tieners.
Bart Nooteboom
In een artikel in het Financieele Dagblad, toch werkelijk geen links krantje,  van 12 februari 2011 betoogde hoogleraar innovatiebeleid Bart Nooteboom (nee, geen familie van Martha) dat de overheid meer moet doen dan alleen maar lastige regels schrappen.
Innoverende ondernemers en vernieuwende burgers lopen aan alle kanten op tegen obstakels. Daar ligt een taak van de overheid, om obstakels op te ruimen, mensen die knel komen te zitten in maatschappelijke valkuilen en doolhoven te bevrijden, initiatieven te faciliteren en middelen en toegang te verschaffen.
Rechtvaardigheid wordt vaak gezien als een sociaal contract waarin mensen vanuit hun individuele belang tot een overeenkomst komen om zichzelf zo in te perken dat ze niet elkaar vernietigen in blind individueel belang van de ene ten koste van de andere. Maar de filosofe Martha Nussbaum heeft laten zien dat het idee van een soort contract tussen min of meer gelijke partijen de realiteit niet dekt. De realiteit is dat verschillende mensen verschillende mogelijkheden hebben, met ongelijke toegang en middelen. Dat is een gevolg niet alleen van individuele capaciteiten, maar ook van afkomst, achtergrond, omstandigheden, pech en gemangeld worden in bestaande structuren van macht, belangen, posities en rollen.
De economie loopt vaak vast, of vliegt uit de bocht, doordat partijen elkaar vastzetten in de onmacht van prisoner's dilemma's waar omarming in een groepsbelang het wijdere maatschappelijke belang fnuikt. Kijk maar naar de bankencrisis. Maar we zien het ook nu automobielfabrikanten al lang in staat zijn tot het maken van elektrische auto's, ze de invoering ervan uitstellen om de winsten uit bestaande technologie en producten zo lang mogelijk te rekken, totdat een ondernemende buitenstaander de doorbraak forceert. Dan moeten ze wel mee en drukken ze als het kan die ondernemer opzij.
En hier ligt nu de uitdaging voor een nieuw links: ervoor zorgen dat de mogelijkheden in orde zijn, het systeem deblokkeren waar het vastloopt en corrigeren waar het uit de bocht vliegt. Dat gaat veel verder dan alleen vermindering van administratieve lasten en ingewikkelde regels.
De uitdaging is dus om de rol van de overheid zodanig in te vullen dat ze mensen aanspreekt op hun vermogen tot zelfsturing en probleemoplossing en tegelijkertijd, mensen die door omstandigheden niet toekomen aan de realisering van die capabilities voldoende ondersteuning biedt.
Lees meer over de capability approach op de website van The Human Development and Capability Association

In 2009 zond de VPRO een documentaire uit waarin Martha Nussbaum met tien getalenteerde rechten- en filosofiestudenten de ethische aspecten van de economische crisis bespreekt.  De studenten dragen casuistiek aan in de vorm van gefilmde voorbeelden van de gevolgen van de crisis. De discussie gaat over onverantwoorde hypotheken, gedwongen huizenverkoop en de bonuscultuur bij de banken. Hieronder kun je deze documentaire bekijken.

1 opmerking:

  1. Ik zag staan dat je nog maar 0 reacties had op je artikel. Je verdient beslist meer dan dat. Bedankt voor je artikel en ook voor de verwijzing naar Bart Nooteboom.
    Vriendelijke groet,
    Bart

    BeantwoordenVerwijderen