Totaal aantal pageviews

vrijdag 4 maart 2011

De haken en ogen van de Big Society

De meesten van ons – tenminste degenen die 45 jaar of ouder zijn – associëren  president Lyndon B. Johnson met de Vietnamoorlog. “Johnson, moordenaar” was een veel gescandeerde kreet tijdens anti-Vietnamdemonstraties. Zelf had hij liever herinnerd willen worden vanwege een ander project.

Halverwege de jaren zestig lanceerde hij namelijk het idee van The Great Society. The Great Society was een enorme verzameling van overheidsprogramma’s die bedoeld was om de armoede in de VS uit te bannen en een eind te maken aan de rassendiscriminatie. De programma’s waren gericht op scholing, gezondheidszorg, grotestedenproblematiek en mobiliteit. Ze werden naderhand voortgezet door de presidenten Nixon en Ford. Een van de initiatieven die genomen werden was Head Start, een programma om kinderen uit achterstandsgezinnen voor te bereiden op school en ze hun achterstand in te laten lopen. Ondanks het feit dat Head Start het meest intensieve sociaal-wetenschappelijke programma uit de Amerikaanse geschiedenis was, vielen de resultaten tegen. Het werd in 1971 door president Nixon stopgezet. Voor veel van de betrokken wetenschappers was het een eerste aanleiding om meer te gaan kijken naar aanleg en genetische factoren als oorzaak voor achterstanden.

The Great Society kenmerkte zich door een groot optimisme over de maakbaarheid van de samenleving en de mogelijkheden van de sociale en de gedragswetenschappen. Het was een tijd van grote economische en technologische bloei en ondanks de oorlog in Vietnam was er aan geld geen gebrek.
Bekijk hieronder een videofragment over de Great Society:



In Engeland heeft premier Cameron een heel ander soort plan op de agenda gezet; dat van de Big Society. De overeenkomst in naam lijkt mij niet geheel toevallig. Waarschijnlijk wil Cameron zich er juist mee afzetten tegen degenen die de overheid als de Grote Regisseur van de maatschappelijke werkelijkheid zien. The Big Society werd tijdens de verkiezingen van 2010 door de conservatieven gepresenteerd als hun idee voor de samenleving van de toekomst.

Stel je voor: Mark Rutte die zich laat inspireren en influisteren door een politiek denker en filosoof. Die zich niet bezig houdt met hoofddoekjes en met de vraag waar je 130 kunt rijden, maar die een visioen uitdraagt van een betere samenleving. Stel je dat allemaal voor en je komt uit bij David Cameron, sinds afgelopen mei de premier der Britten. Dat is in ieder geval hoe Cameron graag wil dat wij hem zien en hoe hij het waarschijnlijk ook in alle oprechtheid wel bedoelt.

Die ideoloog achter David Cameron is Phillip Blond, theoloog, politiek denker en conservatief.  Jos van der Lans, toch waarlijk geen rechtse rakker,  volgde zijn lezing en raakte onder de indruk. In een artikel in het Tijdschrift voor de Sociale Sector van maart 2011 beschrijft hij Blond als de man van de terugkeer naar conservatieve waarden. De man die betoogt dat het sociale cement uit onze samenleving is verdwenen en dat dat te wijten is aan zowel het liberalisme als de sociaal-democratie. Die visie ontvouwt hij in zijn boek Red Tory. How Left and Right Have Broken Britain and How We Can Fix It,  dat een jaar geleden verscheen.


Het kabinet Pierson (1897-1901)
Het waren immers de conservatieven die zich het lot van de armen aantrokken en zo de basis legden voor de moderne verzorgingsstaat.  Het levende bewijs daarvan zien we nu nog in de parken in Enschede en in het Tuindorp in Hengelo. Voorzieningen die fabrikanten aanlegden zodat hun arbeiders het beter zouden krijgen. Van der Lans noemt in zijn artikel (ook te vinden op zijn weblog, http://www.josvdlans.nl/weblog.asp?Maand=3&Jaar=2011 ) een indrukwekkende lijst met sociale wetgeving die het conservatieve kabinet Pierson rond 1900 tot stand bracht.

Dit maatschappelijk betrokken conservatisme is volgens Blond volkomen overvleugeld door een liberalisme dat mensen ziet als op zichzelf staande individuen in een samenleving waarin de markt de sturende kracht is. Maar ook links krijgt er van langs. Dat heeft via de staat geprobeerd de burger te verheffen naar een niveau waarin hij anderen niet meer nodig had. De effecten waren rampzalig. Blond noemt een lijstje waar je niet vrolijk van wordt: verwaarloosde opvoeding, uiteenvallende families, onderlinge onverschilligheid, anonimisering van relaties en consumptief gedrag. Maar belangrijker misschien nog wel: sociale gemeenschappen werden verwoest en mensen werden afhankelijk gemaakt van de staat.

Blond pleit voor een nieuwe manier van denken. Een uitweg uit enerzijds het liberalisme en anderzijds het etatisme (de neiging om het heil te verwachten van de staat) die beide van de burger een geïsoleerd, verwend kind hebben gemaakt dat materieel niets tekort komt, maar emotioneel verwaarloosd is. Hij wil burgers zeggenschap geven over en daarmee verantwoordelijk maken voor grote delen van het openbare leven: onderwijs, buurthuizen, als het kan zelfs openbaar vervoer en de verwerking van huisvuil. Daar kunnen ze dan wel geld voor krijgen van die overheid, maar ze bepalen zelf hoe ze het organiseren en ze steken ook zelf de handen uit de mouwen. Dat gaat nog een flink stuk verder dan onze WMO die alleen maar gaat over ondersteuning van personen die de aansluiting met de samenleving dreigen te verliezen.

Maar nu de praktijk.

Cameron probeert dit ideaal te realiseren in een tijd waarin hij gigantische bezuinigingen moet doorvoeren. En daar lijkt het mis te gaan. Want je kunt er niet  van uitgaan dat, als je de bibliothecaris wegbezuinigt, burgers zelf wel de bibliotheek gaan beheren. Goed, in Egypte en Libië valt het gezag weg en organiseren burgers spontaan nieuwe maatschappelijke structuren. Maar dat is een tijdelijke situatie, in de honeymoonfase van de revolte. En zelfs daar beginnen nu de eerste scheurtjes al zichtbaar te worden.

Op de site van de Joseph Rowntree Foundation betoogt John Low dat  Engeland een lange traditie kent van “community work”, een vorm van social work die het meest lijkt op wat wij opbouwwerk noemen. Allerlei buurtgerichte initiatieven en de bijbehorende know how dreigen nu door de bezuinigingen te worden opgedoekt terwijl er niets nieuws tegenover staat. Wat Low eigenlijk zegt is dat zelfregie en burgerparticipatie alleen maar werken als mensen daar bij ondersteund worden. Als er iemand is die ze leert hoe het moet.

In een commentaar in The Independent wijst Johann Hari op het werk van de bekende socioloog Etzioni. Die deed een groot internationaal onderzoek naar vrijwilligerswerk. Daar waar de overheid welzijn het meest subsidieert wordt ook het meest aan vrijwilligerswerk gedaan. Zweden heeft de meeste vrijwilligers in Europa en het voormalige Oostblok de minste. Massachusetts, waar de belastingen hoog zijn: een sterk vrijwilligerswerk. Mississippi: weinig belastingen, maar ook weinig vrijwilligerswerk. Een sterke overheid trekt juist vrijwilligers aan. Omdat men het geld heeft om vrijwilligers te trainen en te ondersteunen. Maar ook omdat in een samenleving met een sterk sociaal vangnet mensen niet zo snel bang zijn om hun baan te verliezen en ze hun medeburgers genoeg vertrouwen en ze iets terug te willen geven.

Low eindigt zijn artikel met vier vragen aan de regering:
  • waarom zou je datgene vernietigen wat je zegt na te streven?
  • als projecten niet meer gesubsidieerd mogen worden, waar blijft dan de overbrugging die nodig is om te zorgen dat waardevolle initiatieven niet verloren gaan?
  • als je overgaat naar een ander systeem van fiancieren en organiseren, hoe zorg je dan dat je de in het verleden opgebouwde kennis en ervaring behoudt?
  • middle-class buurten redden het misschien wel. Uit onderzoek is bekend dat juist in de middenklasse de bereidheid om vrijwilligerswerk te doen het grootst is. Hoe zorg je dat je de allerarmste en allerzwakste buurten niet net over de rand duwt?
Hier in Nederland ontbreekt, zoals gezegd, een visionair plan als dat van Blond. Wel bevatten  de WMO en Welzijn Nieuwe Stijl elementen die er aan doen denken.  En net als in Engeland wordt in Nederland de fout gemaakt te denken dat burgers heel gemakkelijk in de gaten zullen stappen die door de bezuinigingen geslagen worden.  

(met dank aan Jos van der Lans voor zijn uitstekende artikel)

Binnenkort: de visie van Martha Nussbaum op de rol van de staat.


Sommige social workers in Engeland moeten door de bezuinigingen flink inleveren; soms tot ₤ 6000 per jaar. Zie:


Ook in de zorg wil Cameron de beslissingsbevoegdheid zo dicht mogelijk bij de burger leggen. Wouter Bos, tegenwoordig werkzaam bij KPMG, ziet dat wel zitten:

In De Volkskrant stond onlangs een uitstekend interview met Phillip Blond  

Hieronder: David Cameron probeert de Big Society uit te leggen in  programma BBC Breakfast. Het lukt alleen niet zo goed.



Philip Blond was op 7 februari in De Balie in Amsterdam. Hij ging daar in debat met Jan Marijnissen. Bekijk hier de lezing en het debat.

Philip Blond tijdens een van de bekende RSA-lezingen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten